Tilburg gaat los met het Kruikenconcert
Tilburg luidde op 12 februari 2015 carnaval weer in met het traditionele Kruikenconcert. Tilburg heet ook – vooral in carnavalstijd – Kruikenstad. De bewoners zijn Kruikenzeikers. Deze tot geuzennaam omgekatte scheldnaam vindt zijn oorsprong in de tijd dat de wolindustrie nog de drager van de Tilburgse economie was. De mensen verkochten hun in kruiken opgespaarde urine; met pis werd de wol gewassen! Ruud Vreeman beleefde een moeilijk moment toen hij kort na zijn benoeming tot burgemeester in 2004 vraagtekens plaatste bij de actuele pr-waarde van deze benaming.
Terug naar het Kruikenconcert. Hier laat Tilburg zich van een bijzondere, onverwachte kant zien. Een avondvullend programma in de schouwburg. Met een speciaal voor deze gelegenheid samengesteld symphonie-orkest dat naast het klassieke repertoire ook jazz- en popmuziek te gehore brengt, evenals de bij carnaval onmisbare meezingers. Orkest, solisten en zangers hebben nagenoeg allen een Tilburgse achtergrond of hebben er hun muzikale opleiding genoten.
Het afwisselede repertoire staat op hoog muzikaal niveau en het carnavalesk uitgedoste publiek zingt als het even kan uit volle borst mee. Het is eigenlijk raar dat van dit concert (dat twee achtereenvolgende avonden voor een uitverkochte zaal wordt uitgevoerd) geen televisieregistratie plaatsvindt. Als Amsterdam de plaats van handeling zou zijn, waren de camera’s van de publieke omroep natuurlijk wel degelijk present geweest. Maar ja, dit is ‘de provincie’ dus heeft men geen belangstelling…
Een belangrijke stuwende kracht van het Kruikenconcert is de Tilburger Guus Meeuwis. Hoogtepunt van het concert is naar mijn idee zijn ode aan het Tilburgse kruidendrankje: schrobbelèr (spreek laatste lettergreep uit als in blèren). Hij schreef ook de tekst van de topper ‘Drink schrobbelèr’ op de melodie van ‘Griechischer Wein. Ja, dat is die evergreen van Udo Jurgens.
Toch nog een klein (kruiken)zeikpuntje. Elk Kruikenconcert wil verrassen met een bekende artiest van buiten. Dat was deze keer Paul de Leeuw. Dat was de enige artiest die beter thuis had kunnen blijven.